EHBO – Eerste Hulp bij Bier OntdekkenHoe kies ik het juiste bier?
Waar is de tijd dat bier gewoon bier was. Dat je er niet over hoefde na te denken. Hand met vingers in de lucht en hop, daar stonden ze al klaar, die goudgele rakkers. Maar tegenwoordig is het bestellen van een rondje bier een hachelijke zaak. Laat staan het maken van een eigen keuze uit het grote aanbod in bar of winkel. Zoveel namen, zoveel soorten. Waar te beginnen in de hedendaagse biervariatie? Beerwulf schiet te hulp.
Licht of donker?
Licht of donker van kleur is een eerste schifting die we kunnen maken. Een voor de hand liggende indeling, maar het zal je niet verbazen dat de variatie in elke van deze groepen op zich al enorm is.
Stel dat de voorkeur uitgaat naar lichtgekleurde bieren. Dan zouden we kunnen kiezen voor een Duits weizenbier. Voor ongeveer de helft van tarwemout gemaakt (de andere helft is gerstemout), wat het een zacht en fris karakter geeft. Belgisch witbier is ook met tarwe gemaakt, maar dan ongemout, plus wat kruiderij voor een spannender smaak. Beide bieren zijn zeer geschikt voor een zomers terras.
Voor de liefhebbers van een wat droger bier is er de saison: het van oudsher Waalse boerderijbier is vaak flink uitvergist, waardoor er weinig moutsuikers meer in het bier achterblijven.
Dan is er nog blond bier. Vaak van Belgische origine. Behalve de kleur verraad deze naam niets over de smaak die je kunt verwachten. Hoppig, moutig, droog of wat zoeter, het kan allemaal. Zo kan ieder zijn of haar eigen favoriete ‘blondje’ ontdekken.
Tripel is ook een licht bier, van kleur dan. Het alcoholpercentage van dit aromatische degustatiebier ligt tussen die van dubbel en quadrupel in, zo’n 9%. Waarom die kleur? Omdat de trappisten van Westmalle hun tripel bier zo maakten en het sindsdien (1934) de standaard is.
Pils is een wat neutraal bier, even helder smakend als dat het er uitziet. Heerlijk als ongecompliceerde dorstlesser.
Liever wat donkers?
Een mooi begin bij de donkerder bieren is de tikje zoete dubbel. Ook dit bier is door de abdij van Westmalle op de kaart gezet: vanaf 1926 werd het bier gemaakt dat we nu kennen als dubbel.
Wie wat meer verdieping in de donkere smaken zoekt kan terecht bij de porter, dat zijn leven in de 18e eeuw in Engeland begon. Niet te zwaar in alcohol, maar wel vol van smaken als koffie en cacao. Soms zelfs drop. Stouts is de krachtiger variant, die droog (dry stout), zoet (milk stout) of intens (imperial stout) kan smaken.
Tussen licht en donker
De categorie amber kent ondergistende bieren, die je zou kunnen beschouwen als een donkerder variant van pils. Maar er zijn ook bovengistende bieren van die kleur, die wat meer aroma’s met zich meebrengen.
En India Pale Ale (IPA), is dat een lichtgekleurd bier? Het woord ‘pale’ (bleek) in de naam suggereert een lichte kleur, maar dat komt vanwege het verschil met de doorgaans bruine tot zwarte brouwsels van die tijd. IPA gaat van amber tot koperkleurig; ‘black IPA’ is zelfs bruinzwart van kleur. Wat blijft is de smaak van hop: bitter, maar ook fruitig, bloemig, harsig. Bier met pit dus! Zeker een double of imperial IPA moet je uitkijken dat je je niet verslikt in de knallende hoparoma’s. Pale ale, al dan niet met American ervoor, heeft het met minder hop moeten doen.
Quadrupel en barley wines zijn voor de liefhebbers van een zoetje. Quadrupel gaat verder waar tripel ophoudt: La Trappe uit Nederland was de eerste die deze naam aan een bier gaf. Barley wines (‘gerstewijnen’) zijn van oudsher de bieren die extra stevig zijn gebrouwen, zich rond de 10% tot 12% aan alcohol begeven, en nog moutsuiker bevatten voor een volle smaak.
Vlaams roodbuin geeft de kleur al prijs in de naam. Dit is bier dat wijnliefhebbers zal aanspreken: een complexe, zurige smaak dankzij een lange rijping op grote eikenhouten vaten. Dit bier heeft niets te maken met het Nederlandse Oud Bruin.
En nu?
Leuk, al die bieren en hun namen. Maar om erachter te komen welk bier de jouwe is zit er maar één ding op: proeven. Hopelijk heeft bovenstaande tekst je op weg geholpen je eigen biersmaak te leren kennen!